Keizerskroon of Stinklelie - 2
whats in a name?
De mooiste soorten
Fritillaria imperialis ‘Premier’ en F. imperialis ‘Lutea’ hebben een sterke vossengeur. Prachtig in grote groepen, in combinatie met narcissen, Dicentra spectabilis of lenteklokje (Leucojum), maar plant ze vanwege de onprettige geur dan niet te dicht bij het pad of het terras.
Vrij nieuw zijn de cultivars in de symphonica-serie, met componistennamen als Bach, Tschaikovsky en Beethoven. Net zo ‘geurig’ als bovenstaande, maar met subtielere, zachtere kleuren, waardoor ze net iets makkelijker te combineren zijn.
De sterk aan de keizerskroon verwante, botanische soorten F. eduardii en F. raddeana zijn (vrijwel) geurloos en bovendien grandioos mooi. Ook geurloos is F. imperialis ‘Inoda’, een natuurlijke hybride ontstaan uit F. imperialis x F. raddeana. Deze drie soorten lenen zich ook goed voor verwildering. Echte aanraders dus!
Standplaats en verzorging
De keizerskroon komt oorspronkelijk uit de regio Turkije-Iran-Afghanistan en vraagt vergelijkbare omstandigheden als de tulp, namelijk hete, droge zomers. Onze zomers zijn dus niet echt ideaal, waardoor de bollen na een aantal jaar minder goed gaan bloeien of verdwijnen.
Wil je er zo lang mogelijk van genieten, rooi de bollen dan zodra het blad is afgestorven, bewaar ze droog en warm (20°C) om ze in oktober weer uit te planten. F. eduardii, F. raddeana en F. imperialis ‘Inoda’, kun je laten verwilderen. Geef ze dan wel jaarlijks een verse mulchlaag van compost.
Plant de bollen in goed doorlatende (zand)grond. De bollen zijn redelijk winterhard, maar diep planten (20cm) is wel aan te raden. Een licht winterdek kan ook geen kwaad.
Als lid van de leliefamilie vallen ook fritillaria’s gemakkelijk ten prooi aan het leliehaantje, de rode kevertjes die eitjes leggen op het blad. Controleer ze regelmatig en verwijder de kevers voor ze eitjes kunnen leggen.