Althaea cannabina is lid van de kaasjeskruidfamilie (Malvaceae) en heeft dan ook vrij veel weg van zijn broertjes Malva, Lavatera, stokroos en heemst. De plant wordt net zo reusachtig als stokroos, heeft dezelfde bloemetjes als heemst, alleen iets kleiner, en dezelfde lilaroze kleur als Malva moschata (muskuskaasjeskruid). Maar door zijn transparante uiterlijk is het toch een apart geval binnen de familie.

De plant kan met gemak anderhalve meter hoog of hoger worden, maar is zo luchtig dat ‘ie toch niet zoveel ruimte in beslag neemt als je zou denken. Het is een transparante weefplant, die je als scherm kunt planten voor massievere planten als grassen (Miscanthus bijvoorbeeld) of leverkruid.

De planten bloeien heel lang, van juli tot september, met het hoogtepunt in augustus. Het blad is fraai grijsgroen, diep ingesneden en doet wat denken aan dat van hennep, vandaar ook de Nederlandse naam ’Hennepheemst’.

Niet alleen het blad doet aan hennep denken, maar de plant produceert ook zulke sterke vezels als hennep. De lange, ijle stengels zijn dan ook extreem windbestendig en zullen nooit knakken. Dat wil niet zeggen dat ze ook altijd keurig rechtop blijven staan. Bij sterke wind buigen ze (soms iets te) flexibel mee. Wanneer je er een robuuste plant voor zet, ben je daar al vanaf. Echt stutten is dus niet nodig.

Standplaats en verzorging

De planten komen oorspronkelijk uit Zuid-Europa. Ze doen het ook prima in ons klimaat en zijn zeer winterhard, maar kunnen tijdens de wintermaanden niet zo goed tegen natte voeten. Doorlatende grond is dan ook echt een must.

Verder zijn ze niet kieskeurig. Ze doen het in vrijwel elke grondsoort, van zand tot klei. Daarnaast staan ze wel graag flink zonnig. In hun natuurlijke habitat groeien ze vaak tussen rotsen. Ze houden daarom van een beetje stenige, kalkrijke grond. Droogte wordt goed verdragen.